De meest voorkomende symptomen van infectie en afstoting zijn kortademigheid en een verminderde inspanningstolerantie – u wordt snel moe of benauwd. Neem deze klachten altijd serieus.
Afstoting en infectie
Een transplantatie is een grote ingreep. Rondom de transplantatie kunnen zich, naast de normale operatierisico’s, diverse specifieke complicaties voordoen. Het belangrijkste probleem na een transplantatie is de kans op afstoting van de nieuwe long(en). Dit wordt ook wel ‘rejectie’ genoemd. U krijgt veel medicijnen om dit proces tegen te gaan. Deze medicijnen remmen echter ook de afweer van het lichaam tegen (soms ernstige) infecties. Een afstoting of infectie gaat meestal gepaard met klachten die zich op de volgende manier kunnen uiten:
- Een vermindering van de longfunctie
- Kortademigheid
- Een grieperig gevoel
- Een temperatuur boven de 38° C en/of meer hoesten en opgeven van sputum
Het onderscheid tussen een infectie en afstoting is met name te zien op stukjes longweefsel (biopten). Als bovenstaande klachten zich voordoen, zal er in de meeste gevallen een kijkonderzoek in de long verricht worden (bronchoscopie), waarbij stukjes weefsel worden afgenomen. Als er sprake is van afstoting kan dit meestal goed behandeld worden met extra medicijnen. Is er sprake van een infectie dan zullen we deze gericht met antibiotica behandelen.
Acute- of chronische afstoting
Wanneer het afweersysteem niet voldoende wordt onderdrukt, blijft er een risico bestaan van acute afstoting van de long. Een acute afstoting is vaak (deels) omkeerbaar als we hier op tijd bij zijn. Op termijn bestaat er ook een risico op chronische afstoting van de long. Bij chronische afstoting gaat de functie van de long langzaamaan steeds verder achteruit, en helaas is dit proces niet omkeerbaar.